Op de Tuin Truus Weertman

Op de Tuin

Wat een verrassing, de tuinbonen staan al tien centimeter boven de grond. Tot zover is het dus gelukt en de woelmuizen hebben ze niet allemaal opgegeten. Ik probeer te genieten van het buitengewoon warme weer zonder steeds te denken dat het niet klopt, 17 graden eind februari. We kunnen nu al volop aan het werk en omdat het nog zo vroeg is, hebben we meer tijd om de tuin grondig klaar te maken voor het voorjaar. De verleiding is groot om al van alles te zaaien en te planten, maar ’s nachts is het nog te koud en de zaaitijd hangt ook af van de lengte van het daglicht, dus dat heeft geen zin.

We hebben in de vereniging afgesproken dat we geen chemische bestrijdingsmiddelen en zogenaamde gewasbeschermers gebruiken. Dat is nog wel een dingetje, met name voor de oudere garde. Maar de jeugd heeft de toekomst en dat wordt op de tuin letterlijk opgevat. We moeten de grond en de nuttige insecten beschermen voor het nageslacht. De vogels is een ander verhaal. De kleintjes zijn alleen maar nuttig en ieder jaar vliegt een familie koolmees uit het nestkastje en bevolkt wekenlang de kersenboom van de buren. De duiven en kraaiachtigen zijn een ander verhaal. Vorig jaar kwam ik op de tuin met het idee lekker de tuinbonen te gaan oogsten en trof een ware ravage aan. Blijkbaar hadden de grote gevleugelde vrienden ook opgelet en houden ze van rijpe tuinbonen. Ze houden ook van erwtjes en kapucijners, dus er zit niets anders op dan netten spannen. Op deze manier met je eten bezig zijn lijkt moeizaam als je dit zo leest, maar het is ook heel boeiend en een uitdaging.
We hebben het voorrecht dat we er niet van hoeven te leven, toch?.

Truus Weertman

Bezoeken: 0